Het gaat daarbij om fundamentele vragen over bestaan, ontstaan, verantwoordelijkheid, vrije wil, enzovoort.
Vragen bij "De Woording".
Voordat de Schrijver met zijn verhalen begint, maakt hij eerst een
gedetailleerd ontwerp van de omgeving waarin deze verhalen zich afspelen. Ken je een schrijver die dat ook heeft gedaan?
De betekenis van "Wirholt" wordt aan het einde van het hoofdstuk uitgelegd. "Wir" heeft te maken met
wirwar en "holt" heeft te maken met oerwoud. Maar er is meer. Heb je "Wirholt" al
eens snel hardop uitgesproken?
Is je de overeenkomst opgevallen tussen dit hoofdstuk en het eerste stuk uit
de Bijbel?
Ken je een ander boek waarin de schrijver zelf een rol speelt?
Is "Woording" wel een Nederlands woord? Wat zou de Schrijver ermee bedoelen?
Wil je nog bepaalde opmerkingen kwijt, dan kan dat via onderstaand formulier.